dinsdag 9 oktober 2018

PronkjewailPad dag 10




 Dag  10  28 september 2018.


Van Winsum naar Loppersum

Dit is mijn blog over het 250 kilometer lange Pronkjewailpad in Groningen. De noordroute.
Ik heb gelopen van Groningen via Warffum naar Lauwersoog en van Groningen via Delfzijl naar Loppersum.

Vandaag zet ik de auto bij station Loppersum, waar ik de trein neem naar Winsum. Overstappen in het 1100 inwoners tellende dorpje Sauwert: dat ligt aan de spoorlijn Groningen - Delfzijl en aan de spoorlijn Groningen - Roodeschool. Deze lijnen splitsen zich bij het dorp.
Als ik rond 9 uur aankom in Winsum is er nog geen stempelpost open. Vanaf het station ga ik meteen links over een pad met fruitbomen. Het is boomgaard de Appelhof. 


Winsum kent twee hoogstam fruitboomgaarden met in totaal 160 fruitbomen. De fruitboomgaarden zijn voor publiek toegankelijk en ieder mag een privé hoeveelheid plukken tijdens de oogsttijd. Veel bomen hebben een cultuur-historische waarde doordat veel  soorten in stand worden gehouden die niet meer door fruitbedrijven worden gebruikt. Het ruikt er heerlijk naar het rottend fruit op de grond.

Door de weilanden loop ik, nagekeken door koeien, naar Onderdendam. 



Onderdendam ligt op een kruispunt van wegen en kanalen en fungeerde daarom lange tijd als centrumplaats. Het dorp heeft vroeger een rechtbank en gevangenis gehad. Het had notarissen en ook het waterschap Hunsingo was hier gevestigd. De plaats was dus van belang in de regio en had daarom als bijnaam: Lutje n Hoag (Klein den Haag). 
Ik loop langs het water, langs zeer oude huisjes. Ik kan me het jaarlijkse dorpsfeest voorstellen: Scheepsjoag'n, zoals het vroeger ook daadwerkelijk gebeurde door dit dorp. De schepen werden dan door paarden of vrouwkracht voortgetrokken. Een beeld aan het water herinnert hieraan.


Ik kom aan bij het dorpshuis. Hier zitten al een paar pronkjewaillopers hun brood te eten. Het dorpshuis is gesloten, stempel is te vinden bij de kerk. Dus ik ga verder.
In de kerk vind ik 2 stempels, het toilet, en een mooie tentoonstelling over de bouw van de kerk volgens de Amsterdamse school-stijl. Ik herken het meteen, want mijn vroegere dorpsschool was ook volgens die stijl gebouwd. In de kerk van Onderdendam draait het niet meer om God maar om architectuur, er zijn steeds exposities en binnenkort ook een bed& breakfast.
Ik maak een praatje met de beheerder/koster, die me koffie aanbiedt. Dom, ik ben vergeten te vragen naar de kosten en heb niet betaald!


Buiten het dorp kom ik langs een gemaal: Den Deel een Nederlands gemaal gelegen in het Boterdiep tussen Fraamklap en Onderdendam. Het dient om de gevolgen van de bodemdaling door de winning van aardgas te compenseren, waar veel Onderdendammers mee te maken hebben. Het gemaal is bijna geheel in glas gebouwd en geldt als een van de mooiste, moderne gemalen van Nederland.
In het gemaal bevindt zich een vislift. De vis wordt gelokt door een zachte stroom en komt zo in een bak terecht. Op gezette tijden wordt deze omhoog gehesen, waarna de vis verder kan zwemmen.


Bij Fraamklap ligt het stempeltje op een bankje van boerderij de Driestenborg, met een appeltje voor onderweg. De boerderij is in gebruik als dagbestedingsplek van werkpro.


Ik kom door Westerwijtwerd en Middelstum. Hier was ik al eerder, op dag 2. Het is dus even goed opletten, dat ik na de kerk de goede route neem. Dat lukt en bij de bakker wacht ik op de stempel, luisterend naar een klant die in het Gronings haar ziekteverhaal doet, en ontvang een heerlijke granenkoek. 

Ik wandel door naar Huizing, een dorp met 130 inwoners, en houd pauze in de rustige Janskerk, genoemd naar Johannes de Doper. Het is vandaag wat spetterig weer, je wordt er net niet nat van, dus even binnen zitten is fijn. Hierbij een foto waarop te zien is hoe het in 1905 aan toe ging. Nog steeds kent de kerk in Huizinge een levendige gemeenschap van 120 leden!



Langs de route vandaag zie ik veel Groningers bezig met het versieren van hun dorp met vlaggen en schilderijen. Morgen en zondag zal de tocht om de noord plaatsvinden. Een 2 daags wandelevenement, waaruit het pronkjewailpad is ontstaan. Het thema dit jaar is ‘de Ploeg’,naar een kunstenaarscollectief dat in 1918 in de stad Groningen werd opgericht. De leden zijn vooral kunstschilders, maar ook musici en literatoren zijn lid geweest van de Groninger Kunstkring. Onderwerpen die de Ploegschilders uitwerkten, waren portretten die men van elkaar en van vrienden maakte. Daarnaast nam het Groninger landschap een prominente plaats in. Een relatief hoog geplaatste horizon, een door weg of sloot geaccentueerd perspectief en contrasterende kleurvlakken zijn de kenmerkende stijlelementen van de schilderijen uit de hoogtijdagen van De Ploeg. Favoriet was het schilderen in de open lucht. Wandelaars maken dit weekend kennis met deze schilderstroming en worden uitgedaagd zelf foto’s te maken van het landschap, zoals ze het zien op het schilderij.

Het volgende dorp is Westeremden. Hier bezoek ik de Adreaskerk. Er schuin tegenover is het museum van de schilder Henk Helmantel. Hij woont in de oude pastorie (weem). 
De vervallen weem werd tussen 1912 en 1913 gesloopt en gebruikt voor de bouw van een pastorie in de stijl van de Jugendstil. In 1972 sloopte Helmantel dit huis weer om de weem opnieuw op te bouwen in de stijl van het oorspronkelijke krüselwarck (hoog dwars voorhuis met dwars erop de schuur). De weem is sindsdien meerdere keren verbouwd en de 16e-eeuwse ramen werden herplaatst. Helmantel woont, werkt en exposeert sinds de jaren ‘’ 70 in de Weem en heeft deze in 1985 (deels) ingericht als museum. Ik heb koffie gedronken in de tuin en mocht een rondje om het prachtige gebouw maken. De schilder was, zoals iedere dag, geconcentreerd aan het werk. Een plek om nog eens in alle rust terug te komen om alles te bekijken.



Nu moet ik nog door naar Loppersum. 
Langs de theeschenkerij, waar een medewerker mee een ‘afsnijdpad’ over een slootje wijst ( speciaal voor de wandelaars morgen, mag ik er nu ook al gebruik van maken)  en een rustpunt waar ik met losse letters mijn eigen naam stempel. 
Een mooi paadje door de landerijen brengt me uiteindelijk in Loppersum. Ik verheug me op een bezoekje aan het enige zoutwaterbad van Groningen, maar helaas, het is gesloten.Het zwemwater wordt opgepompt uit een bron van 112 meter diep. Dit water is ca 6000 jaar oud en verbinding met de zoutlaag die ter plaatse van de bron op ca 700 meter diepte zit. Deze zoutlaag is 230 miljoen jaar geleden gevormd en is ontstaan door het opdrogen van de Zechsteinzee. Een zee die in die periode van Engeland tot aan Polen strekte. Het zout in het opgepompte water is een samenstelling van diverse soorten zout, waaronder ook magnesiumzout. Dit maakt dat het zoute water specifieke kwaliteiten wordt toegedicht ten aanzien van gezondheid en rustgevendheid.


Dan verder naar de molen. Daar is een mooi rustpunt gemaakt, waar ik een stevig bakje koffie voor mezelf zet. Molendropjes erbij, ha…….wat een lekkere combinatie!
Dan nog op naar het snuffelhoekje voor een stempel en een Groninger worst voor thuis, de Wereldwinkel waar ik een stuk Tony’s Chocolonely mag proeven en tot slot de Brasserie waar ik een zakje wafeltjes meekrijg. Altijd lekker.
Het was een verwennerij vandaag, met alle hapjes onderweg.
Ik zoek de auto bij het station en moet onderweg mijn best doen om wakker te blijven na deze fijne wandeldag.
Het grootste deel van de wandeltocht zit erop. Nu nog de route van Lauwersoog naar Winsum, dat wordt 2 dagen achter elkaar met een overnachting in het Groningerland.


I



2 opmerkingen:

De Wandelaar zei

Weer een mooi reisverslag Elly!

Reisbeeld zei

Dankjewel voor de complimenten. Ik heb net de laatste 2 afstanden gelopen, als die uit de kuiten zijn, komt het verslag van dag 11 en 12.