zondag 21 oktober 2018

Pronkjewailpad dag 11




Dag  11  12 oktober 2018. Van Lauwersoog naar Niekerk

Dit is mijn blog over het 250 kilometer lange Pronkjewailpad in Groningen. De noordroute.

Ik heb al gelopen van Groningen via Warffum naar Lauwersoog en van Groningen via Delfzijl naar Winsum.

Vandaag begin ik aan het laatste stuk, een 2 daagse van Lauwersoog naar Winsum. Het Pronkjewailpad noemt dit 3 trajecten, maar ik denk het in 2 dagen te doen. De auto zet ik bij het busstation in Winsum, waarna ik de snelbus neem naar Lauwersoog. Ik stap één halte eerder uit dan haven, er is maar één weg en die heb ik al gelopen.




Lauwersoog is een dorp met ongeveer 140 inwoners. De route gaat niet door het dorp. Het dorp is na 1969 ontstaan, na de indijking van de Lauwerszee tot het Lauwersmeer. Lauwersoog is vooral bekend als vertrekplaats van de veerdienst naar Schiermonnikoog.
Lauwersoog is een belangrijke vissershaven en heeft een eigen visafslag. Een gedeelte van de vissersvloot van Urk heeft als thuishaven Lauwersoog. Ook veel Deense vissers leggen regelmatig aan in Lauwersoog. Het dorp en de haven zijn zeer geliefd bij dagjesmensen, ook vanwege de mogelijkheden om verse vis te eten.
Deze morgen is, net als vorige keer, alles nog dicht qua stempelposten. Ik maak dus een digitale stempel en loop het mooie stuk langs het meer. 



Na de afsluiting van de Lauwerszee ontwikkelde zich in nog geen vijftig jaar een bijzondere wildernis waar duizenden trek- en watervogels graag verblijven, overwinteren of foerageren. Op de bijna ongerepte zeebodem ontstond een bijzondere vegetatie met zeldzame orchideeën en Parnassia. In deze tijd van het jaar zijn die niet meer in bloei, helaas. 
Het Nationaal Park Lauwersmeer is in 2016 uitgeroepen tot Dark Sky Park. 
Een Dark Sky Park is een gebied waar het donker is, waar de duisternis behouden blijft en waar bezoekers 's nachts welkom zijn om die duisternis te beleven en de sterrenhemel te zien. De benoeming voor het Lauwersmeer is bijzonder, omdat Nederland een van de landen is met de meeste lichtvervuiling ter wereld.
Mens en natuur ondervinden hier schade van. Door buitenverlichting wordt de avond en nacht verkort. Mensen lijken duisternis nodig te hebben voor een goede nachtrust. Nachtelijk kunstlicht kan op veel manieren de levenscyclus en het gedrag van dieren beïnvloeden. Bijvoorbeeld vleermuizen gaan door te weinig duisternis minder eten zoeken. 



Na een uurtje kom ik aan bij vogelkijkhut Jaap Deensgat. 8 mannen turen geconcentreerd door hun grote kijkers en hebben geen aandacht voor de vrouw die binnenkomt, ik zie slechts ruggen en hoor gemompel. Ik weersta de verleiding deze mannen te fotograferen. Het gesprek gaat onderling over haviken, baardmannetjes, bontbekplevieren, roodborsttapuit, brandganzen en de Zeearend.

De zeearend (2 stuks in dit gebied), is een imposante, zeer grote roofvogel ('vliegende deur'). Leeft van vis, watervogels en van aas. De zeearend was lange tijd een zeldzame wintergast, maar…. broedt tegenwoordig ook hier.

Buiten de hut hoor ik veel lawaai. De vele ganzen zorgen als ze overvliegen voor een mooi luister- en kijkspel. Luister maar mee:





Eenmaal buiten Lauwersmeer kom ik langs de uitgestorven Willem Lodewijk van Nassaukazerne. De kazerne is eind jaren tachtig gebouwd[1] en biedt plaats aan eenheden uit binnen en buitenland die van de faciliteiten gebruik maken voor oefeningen in het oefen- en schietterrein. Er is, terwijl ik langs de kazerne loop geen enkele activiteit te bespeuren.
Door het land banjer ik op mijn gemak naar Vierhuizen. Deze dag hoef ik niet zo heel veel kilometers. Het waait flink en ik ontmoet een man en vrouw die dagelijks met de ezels over de dijk een wandeling maken. 


In het centrum staat een mand met appels, lekker voor onderweg. Bij de mooie Bed & Breakfast in de Olle Pastorie krijg ik  2 stempels, want de herberg blijkt al in winterrust te zijn. Die kan ik overslaan.



Het volgende dorp is Zoutkamp (in het Gronings: Zoltkamp of Soltkamp;Het dorp telt zo’n 1.215 inwoners. De naam duidt mogelijk op de winning van zout uit het buitendijkse zoutveen. 'Sol' komt daarbij van 'sel' en betekent 'zout'. Een 'kamp' is een omheind stuk land. Deze zoutwinning zou, gestopt zijn door de Tachtigjarige Oorlog. De inwoners hadden vroeger als bijnamen Schelleviskoppen of Vlintboksems.



In de 19e eeuw was er een levendige schelpenvisserij, de schelpen werden verwerkt in kalkovens. In het dorp staat nu een elf meter hoge kalkoven. In de negentiende eeuw had Zoutkamp twee kalkovens. Hier was alleen nog een oude foto van te vinden. Aan de hand daarvan is de nieuwe kalkoven gebouwd, waar exposities te zien zijn.

Daarna leefde men van de garnalenvisserij. Vrouwen en kinderen pelden thuis. Inmiddels mag dat, men zegt uit hygiënisch oogpunt, niet meer en worden alle garnalen in lage lonen landen gepeld. Eerst in Polen en nu in Marokko.
Ik haal een stempel bij het visserijmuseum en mag een kijkje nemen en m’n neus vol teergeur snuiven. Heerlijk!  Het geeft een beeld van het bestaan van de Zoutkampers, en ook van hoe de zondagse kerkcollecte geteld werd. Het is ook mogelijk een tocht te maken met een beurtschip of garnalensloep. http://www.visserijmuseum.com/



Vlakbij vind ik de palingrokerij. Ik verwacht een visschuur waar netten te drogen hangen. Maar ik ben misleid door de naam. Het blijkt een zeer moderne viswinkel, waar ik getrakteerd word op een toastje met warme paling. Het smaakt voortreffelijk. http://palingrokerijpostma.nl/


Tegen de dorst hebben de Zoutkampers ook een middeltje:



Mijn laatste stop vandaag wordt de Theefabriek in Houwerzijl. Moe van het lopen wil ik eerst even zitten. Dat is geen probleem, ik kan terecht op het terras onder de dakplatanen. Half oktober, maar warm genoeg om buiten te zitten. De theekaart heeft meer dan 200 smaken, dus het onthaasten kan beginnen met het lezen van alle lekkers. Ook veel huisgemaakte hartige en zoete hapjes. Van de serveerster mogen mijn schoenen uit en voeten op de stoel tegenover me. Ja dat laat ik me maar één keer zeggen. 



In 1990 is de theefabriek begonnen, na het winnen van een wedstrijd met als hoofdprijs het leegstaande kerkgebouw van Houwerzijl voor het symbolische bedrag van 1 gulden (45 eurocent), het is een unieke combinatie van Nederlands enige theemuseum, een sfeervolle theeschenkerij en een geurige theewinkel en webshop. Uitgegroeid tot een ware thee-attractie waar jaarlijks ongeveer 50.000 bezoekers komen. https://www.theefabriek.nl/ 


Ik bezoek het theewinkeltje, en kan niet laten 4 pakjes thee in mijn hand te wegen en ik besluit ze  morgen de hele dag op mijn rug mee te willen dragen. Dan maak ik ook nog een rondje door het museum. Ik bekijk de film, alle thee wordt hier in de fabriek gemengd, en vergeet de tijd.
Er klinkt lekker harde muziek van Sting, het is al na sluitingstijd te zijn en het personeel is bezig met de schoonmaak. 

Ik vertrek ontspannen aan de laatste kilometers naar mijn vriendenopdefiets- adres. 
Ik dwaal door de straten van Houwerzijl en vind al snel het kerkepad naar Niekerk.


Ik wordt pas na 6 uur verwacht. Als ik aankom wordt ik door 8 flink blaffende herdershonden verwelkomd. Het is nog volop zonnig , dus ga ik op het terras zitten en meldt mijn gastvrouw telefonisch dat ik er ben. Ik krijg een mooie slaapplek in de aanbouw. Er wordt vast goed over me gewaakt vannacht.



Geen opmerkingen: